Wandelen, fitness, yoga en vrouwenvoetbal snelst groeiende sporten in 2015
Het aantal Nederlanders dat in 2015 minimaal één keer per week heeft gesport, is ten opzichte van vorig jaar gelijk gebleven. In 2015 lag dit percentage op 59 procent, dat zijn bijna 9 miljoen mensen. Wandelen, fitness in groepsverband, yoga, en vrouwenvoetbal zijn ten opzichte van vorig jaar significant gegroeid. Dat zijn de belangrijkste uitkomsten uit maandelijks onderzoek naar de sportdeelname in Nederland, uitgevoerd door GfK in opdracht van NOC*NSF.
Met een sportdeelname van 59 procent (minimaal één keer per week sporten) behoort Nederland tot één van de landen in de wereld waar de meeste mensen aan sport doen.
Fitness was ook in 2015 de meest populaire sport in Nederland. Ruim 2,5 miljoen Nederlanders waren minimaal één keer per week actief bij een fitnessclub. Daarnaast zijn wandelen, yoga en vrouwenvoetbal de grootste stijgers ten opzichte van 2014.
Ook in 2015 waren er pieken en dalen in de sportdeelname en deze zijn in lijn met voorgaande jaren. In april werd het meest gesport en ook in de maanden februari, mei, september en november was de sportdeelname hoog. In juli en augustus (zomervakantie) en december en januari (winterstop) is de sportdeelname het laagst.
Erik Lenselink, manager Sportontwikkeling van NOC*NSF: “In de zomer- en winterperiode liggen veel competities stil en zijn sportclubs dicht. Mede daardoor wordt er in die periodes minder gesport, terwijl uit onderzoek blijkt dat mensen ook dan graag zouden willen sporten. In 2016 gaan we daarom sportclubs en andere sportaanbieders stimuleren in de zomervakantie ook sportactiviteiten te organiseren. Bijvoorbeeld door op de sportclub naar wedstrijden van het EK voetbal of EK atletiek te kijken en daaromheen samen te gaan sporten. Zo organiseert NOC*NSF in samenwerking met de gemeente Den Haag volgend jaar van 5 tot en met 21 augustus tijdens de Olympische Spelen van Rio de Olympic Experience op het sportstrand van Scheveningen. Een 16 daags sportevenement waar het draait om sport doen, sport kijken en sport beleven.”
Sportdeelname bij jongeren blijft gelijk
Het percentage jongeren in de leeftijd van 5-18 jaar dat in 2015 minimaal één keer per week sportte lag in 2015 op 75 procent en is daarmee even hoog als in 2014. Het gaat dan om circa 2 miljoen kinderen en jongeren. Opvallend is dat ten opzichte van voorgaande jaren de dip bij jongeren in de zomer van 2015 nog groter is.
Op tienjarige leeftijd sport 80% van de Nederlandse kinderen wekelijks en zijn net zoveel kinderen aangesloten bij een sportclub. Daarna stromen bij de meeste sporten heel veel jongeren uit, en blijkt het erg moeilijk te zijn de uitstromers op latere leeftijd weer aan het sporten te krijgen.
Lenselink: “De belangrijkste redenen voor jongeren om te stoppen met sport is tijdgebrek (studie, werk, etc.) en het niet meer leuk vinden om te sporten. Bijvoorbeeld omdat in een aantal gevallen er teveel nadruk ligt op het presteren (en meer aandacht voor de best-presterende teams) in plaats van plezier te beleven. Het is daarom cruciaal om jongeren actief te betrekken bij het ontwikkelen van sportactiviteiten die ze echt leuk vinden. Daarmee blijven ze langer behouden voor de sport.”
NOC*NSF wil in 2016 werken aan het behoud van jongeren voor de sport. Onder andere met Partner in Sport Zilveren Kruis, die actief betrokken is bij Olympic Moves, de grootste schoolsportcompetitie van Nederland.
Voor alle gegevens en grafieken, zie hier.