Arnhem,
16
september
2020
|
14:27
Europe/Amsterdam

Nederlandse sport op de proef gesteld door corona

Extra investeringen noodzakelijk

Samenvatting

“De coronacrisis stelt ons ernstig op de proef in alles wat van waarde is.”, zo meldde de koning op Prinsjesdag tijdens de troonrede die hij namens het kabinet uitsprak. Vervolgens gaf hij aan daarbij vooral gezondheid, werk, familie en vriendschappen te bedoelen. Tegelijkertijd roemde hij de economische, sociale en mentale veerkracht die Nederland steeds weer toont.

De sportbegroting van het kabinet voor 2021 sluit daar goed bij aan: “Aan dit sportbeleid ligt vooral de maatschappelijke betekenis van sport ten grondslag. Sport en bewegen dragen in belangrijke mate bij aan een betere gezondheid, aan het verbeteren van leefbaarheid en veiligheid, sociale samenhang en integratie, aan het verbeteren van de schoolprestaties en het verminderen van schooluitval. Het kabinet streeft een sportieve samenleving na waarbij plezier in sport en bewegen belangrijk is, waarin voor iedereen passende en veilige sport- en beweegmogelijkheden aanwezig zijn en topsport mensen inspireert en samenbrengt.”

NOC*NSF is blij met de erkenning van de maatschappelijke betekenis van sport en ziet met instemming dat de eerdere begrotingsplannen voor het laatste jaar van deze kabinetsperiode in stand zijn gebleven. Toch zal het overwinnen van de coronacrisis en het verder inzetten van de kracht van sport ten behoeve van een gezonde en energieke samenleving in de toekomst meer investeringen van de overheid vergen. Deze investeringen verdienen zich dubbel terug. De stijging van de zorgkosten wordt tegengegaan, de sociale cohesie wordt versterkt en de samenleving wordt weerbaarder.
Gerard Dielessen, algemeen directeur NOC*NSF: “Juist in deze corona-crisis heeft de sportsector zich op meerdere terreinen bewezen. Niet alleen werkte de sport in maart t/m juni van dit jaar gezamenlijk en met grote inzet mee aan het bestrijden van de verspreiding van het corona virus door massaal gehoor te geven aan de oproep de deuren te sluiten en alle richtlijnen te respecteren. Uit de sterk dalende beweegcijfers van kinderen en jongeren tijdens deze intelligente lock down bleek hoezeer de sportclubs een noodzakelijke basisvoorziening vormden voor met name kinderen en jongeren om fit te blijven en in contact te zijn met hun leeftijdsgenoten."

Sinds 1 juli ‘staat de sport weer aan’, voorzichtig en met veel restricties. Vrijwel iedereen kan met behulp van sport nu weer werken aan zijn of haar vitaliteit en sociale weerbaarheid.

2021 moeilijk jaar voor de sport
Het is fijn dat het kabinet de maatschappelijke kracht van sport in de begroting voor 2021 erkent en het eerder ingezette rijkssportbeleid ook in 2021 onverkort gaat uitvoeren.
Gerard Dielessen daar over: “Tegelijkertijd dienen we met elkaar vast te stellen dat 2021 een zeer moeilijk jaar voor de sport zal worden. Verenigingen en de sportbonden missen nu al veel inkomsten, maken hoge kosten en de vrijwilligers draaien overuren. Topsporters en topsportorganisaties missen vanwege het doorschuiven van internationale toernooien zoals de Olympische en Paralympische Spelen hun sportevenementen en moeten voor 2021 opnieuw voor de voorbereiding op deze evenementen hoge kosten maken. De kosten zijn dit jaar grotendeels doorgelopen terwijl inkomsten flink achterbleven. Het is van groot belang dat de sportsector voor 2021 en daarna kan rekenen op passende steun van de overheid bij het opvangen van de financiële klappen veroorzaakt door de corona-crisis en om de kracht van sport blijvend in te zetten voor een gezonde en energieke samenleving die de uitdagingen van de toekomst aan kan.”